Tetanus (klem)

Tetanus wordt veroorzaakt door een toxine (tetanospamine) die door de bacterie Clostridium tetani wordt afgescheide; tetanospamine is een neurotoxine. Neurotoxines blokkeren de overdracht van zenuwimpulsen waardoor het zenuwstelsel ontregeld raakt.

De Clostridium tetani bacterie komt normaal voor in de darmen van paarden en andere planteneters zonder dat deze er last van hebben en plant zich voort door middel van het vormen van sporen die via de mest in de omgeving verspreid worden. Ze komen voor in bijvoorbeeld aarde, uitwerpselen, op voorwerpen en planten in de omgeving, in natuurlijk en huishoudelijk afval, enz. De tetanussporen zijn anaeroob, dat wil zeggen dat ze het beste gedijen in een omgeving zonder zuurstof. Zo kunnen ze jaren overleven. Direct zonlicht doodt of verzwakt de bacterie.

Besmetting

Via een diepe (steek)wond of na een wondinfectie met veel dood weefsel (bijvoorbeeld brandwonden).

Incubatietijd

7-10 dagen.

Ziektebeeld

De tijd tussen de verwonding en de ontwikkeling van symptomen is afhankelijk van de afstand vanaf de oorspronkelijke wond naar de hersenen. Een wond in het hoofd zal na een week verschijnselen geven terwijl een wond in de voet pas na 3 weken of langer verschijnselen geeft.

De neurotoxines veroorzaken een soort verkramping waarbij de spieren stijf en hard worden en zich niet meer kunnen ontspannen of samentrekken. Het meest duidelijke, vroege teken is het sluiten van het derde ooglid over het oog. Hoe opgewondener het paard is, hoe duidelijker deze sluiting te zien is. Door de hand onder de mond te plaatsen en het hoofd op te tillen kun je deze kenmerkende beweging goed zien. De oren blijven rechtop staan, omdat de spieren aan de basis ervan verkrampt raken en om diezelfde reden is de staartwortel iets verhoogd. De gang wordt in dit stadium iets houterig, doordat de belangrijkste spieren van het bewegingsapparaat zijn aangetast. Het paard heeft een angstige gezichtsuitdrukking, waarschijnlijk omdat de spieren bij de mondhoeken verkrampt raken en worden teruggetrokken, waardoor een grimas ontstaat. Door het verkrampen van de kauwspieren ontstaat een kaakklem, waardoor de ziekte ook wel wordt aangeduid als “klem”.
Vervolgens raakt het paard zo verkrampt dat het kan gaan omvallen. Tenslotte kunnen de tussenribspieren ook verkrampt raken, waardoor het paard niet meer kan ademhalen en zal stikken.

Diagnose

De diagnose wordt meestal gesteld door het beeld van de symptomen en de voorgeschiedenis. De tetanusbacterie kan opgespoord worden in de wond maar omdat spoed vereist is, wordt de therapie meestal onmiddellijk gestart bij vermoeden van tetanusinfectie.

Therapie (regulier)

De therapie is er op gericht het voor het paard zo comfortabel mogelijk te maken. De gifstoffen zullen uit het lichaam moeten. Daarnaast worden de volgende maatregelen genomen: de stal wordt verduisterd en het moet stil zijn, zodat het paard zo min mogelijk prikkels ontvangt en geen aanval van kramp kan krijgen. Rust is dus heel belangrijk. Het paard wordt soms in de benen gehouden met behulp van een broektakel. Spierkrampen worden opgeheven door toediening van spierontspanners. Daarnaast wordt geprobeerd om de toxines van de Clostridium tetani weg te vangen door middel van een tetanus anti-toxine injectie en de bacterie zelf wordt bestreden met AB.

Prognose

Als het paard nog zelf drinkt, is de prognose redelijk. Komt het binnen 24 uur te liggen, dan is de prognose slecht. Deze wordt nog slechter als er botbreuken zijn opgetreden of als er doorligplekken ontstaan. Als complicatie kan een paard zich verslikken doordat tijdens een krampaanval de slokdarm en de luchtpijp niet goed meer werken. Door het zich verslikken kan een longontsteking ontstaan.