Dit vaccin is zowel enkelvoudig als in combinaties met andere vaccins verkrijgbaar.
In alle vaccins worden 2 tot 4 geïnactiveerde serogroepen gebruikt:
– Leptospira serogroep Canicola (serovar Canicola en Portland-vere),
– Leptospira serogroep Icterohaemorrhagiae (serovar Icterohaemorrhagiae en Copenhageni),
– Leptospiro serogroep Grippotyphosa (serovar Grippotyphosa, Dadas en Bananal/Lianguang) en
– Leptospira serogroep Australis (serovar Bratislava).
Er zijn echter ongeveer 20 soorten waar honden gevoelig voor zijn 2.
Leptospiren kunnen alle zoogdiersoorten infecteren, maar de verschillende serovars zijn over het algemeen aangepast aan een specifieke diersoort, hun natuurlijke gastheer. Deze gastheer is gevoelig voor infectie, maar vertoont meestal weinig ziekteverschijnselen en het ziekteverloop is eerder chronisch dan acuut. Zo is het rund de natuurlijke gastheer van serovar Hardjo en de hond voor Canicola.
De ziekte van Weil is een vorm van Leptospirose die een zeer ernstig verloop kent, de veroorzakers hiervan zijn de serovars Icterohaemorrhagiae (gastheer rat) en Copenhageni.
Houdt rekening met het feit dat er geen kruisbescherming optreedt tussen de verschillende serovars en dat je hond bij vaccinatie alleen beschermd is tegen ziekteverschijnselen veroorzaakt door de in het vaccin voorkomende serovars. En zelfs dan is er geen garantie dat je hond niet ziek wordt wanneer hij in aanraking komt met de betreffende serovar. Dat blijkt ook uit de formulering in de verschillende bijsluiters:
Dus wanneer je er voor kiest om je hond een lepto-vaccin te laten geven moet je alert blijven op het feit dat hij nog steeds een ziekte veroorzaakt door leptospiren op kan lopen.
Daarnaast bevatten de meeste lepto-vaccins ook nog eens de hulpstof thiomersal, die bekend staat om zijn ernstige bijwerkingen. Alleen Eurican gebruikt geen thiomersal meer in zijn leptovaccin Eurican L-multi (nog wel in het Eurican L vaccin).
Het vaccin Canigen L4 is exact hetzelfde als het reeds in de EU goedgekeurde Nobivac L4. “De fabrikant van Nobivac L4 heeft ermee ingestemd dat de wetenschappelijke gegevens met betrekking tot Nobivac L4 voor Canigen L4 worden gebruikt (‘geïnformeerde toestemming’)”. Link
Over het al dan niet vaccineren van mensen tegen Leptospirose is het volgende te vinden:
“Hoewel er in sommige landen een vaccin bestaat, wordt dat in Europa niet toegepast omdat het door de grote verscheidenheid in typen maar gedeeltelijk werkt en jaarlijks moet worden toegediend. Vaccin is in Nederland voor mensen niet toegelaten”(voor honden wel).
Bron: Nederlands Centrum voor beroepsziekten
Overweeg je om je hond een leptovaccin te laten geven? Dan is het raadzaam er voor te zorgen dat je hond zich in een zo goed mogelijke conditie bevindt voor vaccinatie en je hond na vaccinatie veel rust te geven om het immuunsysteem in staat te stellen zijn werk zo goed mogelijk te kunnen doen. Geef het leptovaccin bij voorkeur niet samen met andere (combi)vaccinaties! Het leptovaccin bevat immers al meerdere ziekteverwekkers (2-4) waartegen immuniteit moet worden opgebouwd.
Leptospirose, enkelvoudig (6): zie tabel hieronder
Leptospirose, Kennelhoest
Leptospirose, Parvo
Leptospirose, Rabiës
Hondenziekte, Leverziekte, Parvo, Leptospirose
Hondenziekte, Leverziekte, Parvo, Kennelhoest, Leptospirose
Hondenziekte, Leverziekte, Parvo, Kennelhoest, Leptospirose, Rabiës
Scroll naar rechts om alle 6 vaccins in de tabel te kunnen bekijken.
Canigen L4 | Canigen L | Eurican Lmulti | Nobivac L4 | Nobivan Lepto | Versican Plus L4 |
---|---|---|---|---|---|
(Virbac) | (virbac) | (Boehringer Ingelheim) | (Intervet) | (Intervet) | (Zoetis) |
6* weken en ouder | 8 weken en ouder | 7 weken en ouder | 6* weken en ouder | 8 weken en ouder | 6 weken en ouder |
Werkzame bestanddelen | |||||
Geïnactiveerd: | Geïnactiveerd: | Geïnactiveerd: | Geïnactiveerd: | Geïnactiveerd: | Geïnactiveerd: |
L. kirschneri serogroep Grippotyphosa serovar Dadas (stamGr-01-005) | serovar Grippotyphosa stam Grippo Mal 1540 | L. kirschneri serogroep Grippotyphosa serovar Dadas (stamGr-01-005) | L. kirschneri serogroep Grippotyphosa serovar Grippotyphosa, stam MSLB 1091 | ||
Leptospirosa interrogans: | Leptospirosa interrogans: | Leptospira interrogans: | Leptospira interrogans: | Leptospira interrogans: | Leptospira interrogans: |
Canicola serovar Portland-vere (stam Ca-12-000) | serovar canicola | Canicola serovar Portland-vere (stam Ca-12-000) | serovar canicola (stam Ca-12000) | serovar Canicola, stam MSLB 1090 | |
Icterohaemorrhagiae serovar Copenhageni (stam Ic-02-001) | serovar icterohaemorrhagia | serovar icterohaemorrhagia | Icterohaemorrhagiae serovar Copenhageni (stam Ic-02-001) | serovar icterohaemorrhagiae (stam 820K) | serovar Icterohaemorrhagiae stam MSLB 1089 |
Australis serovar Bratis-lava (stam As-05-073) | Australis serovar Bratis-lava (stam As-05-073) | Australis serovar Bratislava, stam MSLB 1088 | |||
Adjuvantia/ hulpstoffen | |||||
Thiomersal, Natriumchloride, kaliumchloride, dina-triumwaterstoffosfaat dihydraat, kaliumdiwa-terstoffosfaat, water voor injecties | Natriumhydroxide, sucrose, dikaliumfosfaat, kaliumdiwaterstoffosfaat, trypton, water voor injectie | Kaliumchloride, natriumchloride, kaliumdiwaterstoffosfaat, dinatriumfosfaat dihydraat, water voor injecties | Thiomersal, natrium-chloride, kaliumchloride, dinatriumwaterstoffos-faat dihydraat, kalium-diwaterstoffosfaat, water voor injecties | Thiomersal, gemodifi-ceerde Hartmannoplos-sing (natriumchloride, kaliumchloride, natrium-l-lactaat, calciumchloride, water voor injectie) | Aluminium hydroxide, natrium chloride, kalium chloride, kalium diwaterstof fosfaat, dinatrium fosfaat dodecahydraat, water voor injecties |
Dosering | |||||
Jaarlijks, na 2-voudige basisvaccinatie met een interval van 4 weken.
* In geval van een hoog niveau van maternale antilichamen wordt de 1e vaccinatie aanbevolen bij leeftijd van 9 weken. |
Jaarlijks na 2-basisvaccinaties met een interval van 3-4 weken | Jaarlijks na 2-basisvaccinties met een interval van 4 weken. | Jaarlijks na 2-basisvaccinatie met een interval van 4 weken.
* In geval van een hoog niveau van maternale antilichamen wordt de 1e vaccinatie aanbevolen bij leeftijd van 9 weken. |
Jaarlijks na 2-basisvaccinaties met een interval van 2-4 weken. Een hervaccinatie interval van 6 maanden wordt aangeraden om bescherming te verkrijgen tegen klinische leptospirose veroorzaakt door serovar icterohaemorrhagiae. |
Jaarlijks na 2-basisvaccinaties met een interval van 3-4 weken. |
Toediening | |||||
Subcutaan | Subcutaan | Subcutaan | Subcutaan | Subcutaan | Subcutaan |
Bijwerkingen | |||||
Kleine voorbijgaande zwelling op de injectieplaats (≤ 4 cm) (zeer vaak), in incidentele gevallen stevig aanvoelend en bij aanraking pijnlijk. Dergelijke zwellingen verdwijnen of slinken aanzienlijk binnen een periode van 14 dagen na vaccinatie. | Voorbijgaande zwelling (≤ 4 cm) of gering diffuus lokaal oedeem die spontaan verdwijnt binnen 1 tot 2 weken (vaak), gepaard met pijn of jeuk (zeldzaam). | Milde zwelling (≤ 2 cm) ter hoogte van de injectieplaats, deze neemt gewoonlijk af binnen 1-6 dagen (vaak); kan, in bepaalde gevallen, vergezeld worden door een milde jeuk, warmte en pijn ter hoogte van de injectieplaats. | Kleine voorbijgaande zwelling (≤ 4 cm), die in incidentele gevallen stevig aanvoelt en bij aanraking pijnlijk, op de plaats van injectie (zeer vaak). Dergelijke zwellingen zullen verdwijnen of aanzienlijk slinken binnen een periode van 14 dagen na vaccinatie. | Diffuse zwelling, tot 5 mm in diameter, op de injectieplaats (max. 4 dagen). Soms kan deze zwelling hard en pijnlijk zijn, maar zal geleidelijk afnemen (binnen 2-3 weken). |
Voorbijgaande zwelling (tot 5 cm) op de injectieplaats (vaak). Deze kan soms pijnlijk, warm of rood zijn. |
Milde en voorbijgaande toename van de lichaamstemperatuur (≤ 1°C) voor een aantal dagen na vaccinatie, waarbij sommige pups een verminderde activiteit en/of verminderde eetlust lieten zien (zeer vaak). | Voorbijgaande post-vaccinale lethargie (vaak). Hyperthermie of digestieve stoornissen zoals anorexie, diarree of braken (zeldzaam). | Voorbijgaande lethargie en braken. Anorexia, polydipsie, hyperthermie, diarree, spiertrillingen, spier-zwakte en huidletsels ter hoogte van de injectieplaats (soms). |
Milde en voorbijgaande toename van lichaams-temperatuur (≤ 1oC) een aantal dagen na vaccinatie (zeer vaak), waarbij sommige pups lichte loomheid en/ of verminderde eetlust laten zien. | Tijdelijke verhoging van de lichaamstemperatuur en/ | Gastro-intestinale klachten zoals diarree, braken of anorexie en verminderde activiteit (zeldzaam). |
Voorbijgaande acute overgevoeligheids-reactie (zeer zeldzaam), welke zich kunnen ontwikkelen tot een meer ernstige aandoe-ning (anafylaxie), welke levensbedreigend kan zijn. | Overgevoeligheidsreac-ties (zeer zeldzaam). | Overgevoeligheidsreac-tie (zelden). | Voorbijgaande acute overgevoeligheids-reactie (zeer zeldzaam), welke zich kunnen ontwikkelen tot een meer ernstige aan-doening (anafylaxie), welke levensbedreigend kan zijn | of tijdelijke overge-voeligheidsreactie (anafylaxis) met symp-tomen zoals lethargie, oedeem in de kop, pruritis, dyspneu, braken, diarree of neer-vallen vlak na vaccinatie (zeldzaam). | Overgevoeligheidsreac-ties (i.e. anafylaxie, angioedeem, dyspneu, circulatoire shock, collaps) (een enkele keer). |
Klinische symptomen van immuungemedi-eerde hemolytische anemie, immuungeme-dieerde trombocyto-penie of immuungeme-dieerde polyartritis (zeer zeldzaam). | Klinische symptomen van immuungemedi-eerde hemolytische anemie, immuungeme-dieerde trombocyto-penie of immuungeme-dieerde polyartritis (zeer zeldzaam) | ||||
Waarschuwingen | |||||
Kan tijdens de dracht gebruikt worden. | Niet gebruiken tijdens dracht en lactatie. | Kan tijdens de dracht gebruikt worden. | Kan tijdens de dracht gebruikt worden. | Kan tijdens de dracht gebruikt worden. | De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet bewezen tijdens de dracht en lactatie. Gebruik tijdens dracht en lactatie wordt daarom afgeraden. |
Dit vaccin is hetzelfde als het reeds in de Europese Unie (EU) goedgekeurde Nobivac L4. De fabrikant van Nobivac L4 heeft ermee ingestemd dat de wetenschappelijke gegevens met betrekking tot Nobivac L4 voor Canigen L4 worden gebruikt (‘geïnformeerde toestemming’). | |||||
Klik hier voor volledige tekst registratie Canigen L4 | Klik hier voor volledige tekst registratie Canigen L | Klik hier voor volledige tekst registratie Eurican Lmulti | Klik hier voor volledige tekst registratie Nobivac L4 | Klik hier voor volledige tekst registratie Nobivac Lepto | Klik hier voor volledige tekst registratie Versican Plus L4 |
2
European consensus statement on leptospirosis in dogs and cats
S. Schuller, T. Francey, K. Hartmann, M. Hugonnard, B. Kohn, J. E. Nally and J. Sykes. Journal of Small Animal Practice (2015) 56, 159–179. DOI: 10.1111/jsap.12328
Andre-Fontaine G, et al. Undiagnosed leptospirosis cases in naïve and vaccinated dogs: Properties of a serological test based on a synthetic peptide derived from Hap1/LipL32 (residues 154–178). Comp Immunol Microbiol Infect Dis (2015), http://dx.doi.org/10.1016/j.cimid.2014.12.002